U bent hier
N-VA wil extra treinen voor Limburg in nieuw regeerakkoord
De Limburgse N-VA wil dat er in een volgend federaal regeerakkoord expliciet van de NMBS wordt geëist dat Limburg snelle verbindingen krijgt met de rest van het land. “Het is de enige manier om te zorgen dat Limburg krijgt waar het recht op heeft”, zeggen Steven Vandeput en Joy Donné.
Vrijdagavond presenteerde de Limburgse N-VA in Bree haar mobiliteitsplannen. Centraal daarin staan betere treinverbindingen tussen Limburg - vooral dan centrumsteden Genk en Hasselt - en de rest van het land. “Vandaag doe je er 1 uur en 41 minuten over om van Genk in Brussel te geraken. Met Antwerpen zijn er zelfs amper rechtstreekse verbindingen. Dat is een echte schande”, zeggen Steven Vandeput en Joy Donné, respectievelijk de Vlaamse lijsttrekker en eerst Kameropvolger voor N-VA in Limburg.
Vandeput en Donné zien maar één mogelijkheid om de NMBS te dwingen in de toekomst snelle verbindingen in te leggen met Brussel en Antwerpen. Die weg loopt via een nieuw beheerscontract voor de NMBS en Infrabel, waarin de minimale vervoersprestaties staan die de spoorwegen moeten bieden. “Het probleem is dat er al jaren geen nieuwe beheersovereenkomst is opgesteld en dat we vandaag met een bijna tien jaar oud contract zitten. Het is één van de vele dossiers die in de vergeetput van minister van mobiliteit François Bellot (MR) zijn beland.”
Politiek moet beslissen
“Het beheerscontract is nochtans het politiek instrument waarmee we bepalen hoe de NMBS ons belastinggeld mag spenderen, maar door het gebrek aan een nieuwe beheersovereenkomst doet de NMBS vandaag zijn eigen zin. Het zijn de ingenieurs en de directeurs die bepalen waar er treinen rijden. Aangezien het personeel 50/50 verdeeld is tussen Nederlandstaligen en Franstaligen, krijg je daardoor gedrochten zoals verbindingen Oostende-Eupen of Turnhout-Charleroi. Dat soort verbindingen moeten worden geknipt. Daardoor kan je de stiptheid op een budgetneutrale manier verhogen, want door de treinen niet het hele land te laten doorkruisen, ontlast je ook de Brusselse Noord-Zuidverbinding. Je houdt het aantal gereden kilometers constant, maar de treinen worden efficiënter gebruikt. Alleen moet daarvoor de politiek wel de controle terug in handen nemen. De NMBS wordt gefinancierd met belastinggeld, dan is het ook aan de politiek om te beslissen wat er daarmee gebeurt.”
Geen Calimero
Vandeput en Donné pleiten daarom voor een specifieke Limburg-passage in het volgende federaal regeerakkoord. “Dit heeft niets te maken met de Calimero uithangen. Limburg is vandaag serieus onderbedeeld. We moeten daarom zelf de minimale vervoersprestaties vastleggen. Dit betekent dat we heel duidelijk zeggen welke verbindingen we in Limburg willen, welke frequentie en tegen wanneer. Een andere manier heeft geen garantie op succes. Limburgse politici probeerden in het verleden wel te wegen, bijvoorbeeld via vertegenwoordigers in de raden van bestuur, maar als er geen duidelijke orders zijn vanuit de politiek doet de NMBS vooral zijn eigen goesting.”
Lijn 18
Vandeput en Donné roepen de NMBS en Infrabel daarnaast ook op om werk te maken van spoorlijn 18 Hasselt-Neerpelt. “In het nieuwe investeringsplan is daarvoor 18,2 miljoen euro voorzien: 1 miljoen van de federale staat voor een studie naar de reactivering, en 17,2 miljoen van Vlaanderen voor de uitvoering van de eerste voorbereidende werken (zoals de sluiting van spoorovergangen in de Hasseltse wijk Kuringen-Heide). Die werken moeten nu uitgevoerd worden, het geld is er. Tegelijk moet de studie in 2020 klaar zijn, zodat de eventuele reactivering meegenomen kan worden in een nieuw beheersakkoord.”